Advertentie
  • Marjolijn Fijten
  • Redacteur
  • 1 september 2017 - 08:00

Bigvitaliteit voor minder sterfte van biggen

De uitval van biggen in de Nederlandse zeugenhouderij zo laag mogelijk houden, daar werken partijen in de keten samen aan onder de naam ‘Bigvitaliteit’. Het uitgangspunt is dat een zeug zelfstandig haar biggen kan grootbrengen.

Hoewel het een natuurlijk gegeven is dat biggen het niet altijd redden, kunnen varkenshouders veel doen om de sterfte op hun bedrijf zo laag mogelijk te houden. De belangrijkste aandachtspunten om de overlevingskans van biggen te vergroten, hebben te maken met voeding, gezondheid, klimaat, fokkerij en het gedrag van dieren en mensen.

Bigvitaliteit

Om het onderwerp ‘bigvitaliteit’ onder de aandacht te brengen bij zeugenhouders én om informatie over wat goed werkt uit de praktijk te halen, zijn tien dierenartsen van tien dierenartsenpraktijken met een vragenlijst op pad gegaan.

Bij 110 bedrijven vulden de dierenartsen samen met de varkenshouder de uitgebreide vragenlijst in. Wageningen University & Research analyseert nu de antwoorden en zoekt naar verbanden en succesfactoren. Wat maakt dat het ene bedrijf vitalere biggen heeft dan de ander? Waar kun je rekening mee houden?

Biggenuitval verlagen

Een praktische checklist en een factsheet met succesfactoren moeten het resultaat worden, onderbouwd met wetenschappelijke én praktijkkennis. De verwachting is dat die dit najaar klaar zijn. De checklist kunnen dierenartsen en adviseurs gebruiken om samen met de varkenshouder na te gaan waar op individuele varkensbedrijven verbeteringen mogelijk zijn. Het doel is de biggen vitaler te krijgen en zo de biggenuitval te verlagen.

Tips:

  1. Extra aandacht rond de worp en in de eerste levensdagen van de biggen zorgt voor een betere start.
  2. Varkenshouders kunnen erop toezien dat het geboorteproces vlot verloopt en de biggen helpen om snel biest te drinken. Ze kunnen pasgeboren biggen onder een warme lamp leggen, in een hoek van het hok. Pasgeboren biggen zijn namelijk erg gevoelig voor kou en kunnen hun lichaamstemperatuur nog niet goed op peil houden.
  3. Een goede vloer- en hokuitvoering in de kraamstal helpt de kans op dooddrukken te verkleinen. Ook een optimaal stalklimaat helpt: goede temperatuur, voldoende stalventilatie en luchtinlaat.
  4. Een goede gezondheid van de varkens verkleint de kans op infecties. Biggen en vleesvarkens lopen dan minder risico. En gezondheid heeft invloed op de conditie en melkgift van de zeugen in de kraamstal.
  5. Optimale voeding van de zeug is afgestemd op: (1) voldoende foetale en embryonale ontwikkeling van de biggen, (2) een goede conditie van de zeug, (3) voldoende glycogeenvoorraad (energiereserve) bij de pasgeboren biggen en (4) een goede biestproductie door de zeug.

Wageningen University & Research maakt de adviezen concreter aan de hand van de enquêteresultaten.

 

De Stuurgroep ‘Bigvitaliteit’ wordt gevormd door vertegenwoordigers van varkenshouders (POV: voorzitter, LTO en NVV), Vereniging Biologische Varkenshouders (VBV), varkensfokkerij organisaties (Topigs Norsvin, PIC, DanAvl), dierenartsen (KNMvD – VGV), diervoederindustrie (Nevedi), veehandel (Vee en Logistiek Nederland, V&LN), vleesverwerkende bedrijven (COV) en de Dierenbescherming.

De stuurgroep heeft een groep van experts gevraagd om een plan van aanpak. Dat wordt nu uitgevoerd, vandaar de enquête.