KNMvD adviseert forse vermindering aantal grote grazers in Oostvaardersplassen

Voor dierenartsen van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) is het onacceptabel dat grote grazers onnodig en vermijdbaar lijden vanwege het zogenaamde natuurvolgend beheer in de Oostvaardersplassen. Op dit moment leven er ongeveer 4500 grote grazers in de Oostvaardersplassen. In de toekomst zal er ruimte zijn voor in totaal ongeveer 1300 dieren. Dat betekent dat ruim 70% van de grote grazers het gebied uit moet.

Te weinig voedsel en beschutting

Vooral in de winter sterven er veel dieren een hongerdood door een gebrek aan voedsel. De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat een aangepast afschotbeleid, waarin dieren die de winter niet lijken te halen worden afgeschoten, er helaas niet voor heeft gezorgd dat alle dieren op tijd uit hun lijden werden verlost. Ook zijn er voor de grote grazers nog steeds te weinig goede beschuttingsmogelijkheden en er is geen uitzicht op uitbreiding van het gebied.

Beheer van de Oostvaardersplassen

Verschillende beheermethoden van de Oostvaardersplassen zijn bekeken. Het blijkt dat zowel voor het dierenwelzijn als voor de biodiversiteit, het beter zou zijn het om het aantal Konikpaarden en Edelherten sterk terug te dringen. Dit zou ook beter zijn voor de 200 Heckrunderen, die op dit moment nog in het gebied leven.

In opdracht van de Provinciale Staten van Flevoland buigt een adviescommissie onder leiding van oud-staatssecretaris Pieter van Geel zich momenteel over het toekomstig beheer van de Oostvaardersplassen. De KNMvD heeft in dit traject haar visie gegeven over het welzijn van de grote grazers. In een gesprek met de adviescommissie gaven Joost van Herten en Tjeerd Jorna een toelichting op het KNMvD standpunt en beantwoordden zij aanvullende vragen.