Advertentie

Basisregels voor paardenvoeding

Een goed begrip van paardenvoeding is essentieel om je paard in topconditie te houden, het hele jaar door. Elke paardeneigenaar zou de gouden regels van paardenvoeding moeten weten. Deze regels gelden voor elk paard en helpen je problemen door slechte voeding te voorkomen.

Gouden regels over paardenvoeding

  • 1.
    Zorg dat je paard altijd toegang heeft tot vers en schoon water. In een koel klimaat drinkt het gemiddelde paard zo’n 18 liter per dag. Dit kan oplopen tot meer dan het dubbele als het paard hard werkt in een hete omgeving.
  • 2.
    Voer op gewicht, niet op volume. Om er zeker van te zijn dat je de juiste hoeveelheden geeft, moet je weten hoeveel een schep voer weegt van elk type voer dat je gebruikt.
  • 3.
    Geef krachtvoer weinig en vaak. Kaf kun je toevoegen aan het voer om je paard meer te laten kauwen, wat positief werkt op de vertering. Voer in kleine porties, maar meerdere keren per dag. En niet meer dan twee kilo per voersessie. Te veel ineens voeren, is niet goed voor de spijsvertering van je paard.
  • 4.
    Gebruik altijd voer van hoge kwaliteit. Geef geen stoffig, beschimmeld of oud voer.
  • 5.
    Stem het voer af op het gewicht van je paard en zijn temperament. Elk paard is een individu en je moet kijken hoe hij reageert op het voeren en daarop inspelen.
  • 6.
    Voer veranderingen in het dieet geleidelijk door om spijsverteringsproblemen te voorkomen. Dit geldt voor zowel krachtvoer als ruwvoer, zoals gras.
  • 7.
    Ga niet oefenen met je paard direct na het voeren. Laat je paard een of twee uur rusten na het voeren van krachtvoer, voordat je met hem gaat werken. Als je paard zich heeft ingespannen, geef dan geen voer met krachtvoer voordat hij helemaal hersteld is. Dan kan zijn spijsverteringssysteem het voer beter verwerken. Met vezelrijk voer hoef je minder lang te wachten.
  • 8.
    Voer je paard elke dag rond dezelfde tijd. Paarden zijn gewoontedieren en houden van regelmaat en routine.
  • 9.
    Pas de hoeveelheid voer en energie-inhoud aan aan het inspanningsniveau van het werk dat je paard heeft gedaan. Verhoog de inspanningsniveaus ook geleidelijk. Je kunt je paard in de winter laten grazen, maar hoe goed is de kwaliteit van het gras in januari? Zodra de temperatuur daalt tot vijf graden, wordt de kwaliteit van het gras zeer slecht en dan moet je hooi en krachtvoer bijvoeren.
  • 10.
    Voer voldoende voer met goede lange vezels. Paarden zijn geëvolueerd om te leven op een vezelrijk dieet en een goed vezelgehalte zal helpen om een gezonde darmfunctie te stimuleren. Dat zal het risico op spijsverteringsstoornissen verminderen. Minstens 50% van het dieet van je paard moet ruwvoer zijn.

Op zoek naar een dierenarts?

Vind direct een dierenarts bij jou in de buurt.